Categorie: Uitgelicht

We leven steeds meer bewust en maken hierdoor ook vaker de keuze voor plantaardig eten. Minder vlees eten is bewezen goed voor het milieu, het dierenwelzijn én je gezondheid. Het aantal flexitariërs, vegetariërs en veganisten neemt hierdoor de laatste jaren behoorlijk toe. Als groot groente- en fruitliefhebber vind ik het niet lastig om plantaardig te eten. We hebben de keuze uit een oneindig mooi groente- en fruitaanbod, maar denk ook aan de vele granen, peulvruchten en noten en zaden. Wist je dat je met cashewnoten een heerlijke (vegan) kaas kan maken? Als van oorsprong groot kaasliefhebber gebruik in dit recept edelgistvlokken voor een extra hartige smaak die voor kaas vaak zo kenmerkend is. Voor een extra mooie presentatie heb ik wat bladeren van onze Acer Palmatum gebruikt. Deze bladeren zijn eetbaar en smaken, kort gekookt, wat nootachtig. En ook de bloemetjes van het vergeet-mij-nietje zijn eetbaar en maken dit kaasje helemaal af!

Ingrediënten voor 1 kaasje

• 100 gram cashewnoten (ongebrand en ongezouten)
• 1 eetlepel citroensap
• 1 eetlepel edelgistvlokken
• 1 teentje knoflook (of een halve theelepel knoflookpoeder)
• snuf peper en zout

Ingrediënten voor de presentatie

• wat jonge esdoornblaadjes (Acer Palmatum)
• een handje geroosterde hazelnoten

En zo maak je het

• Week de cashewnoten een nacht in ruim water. De noten worden hierdoor goed zacht.
• Laat de geweekte cashewnoten echt goed uitlekken.
• Voeg alle ingrediënten in de keukenmachine en meng het tot één mooi geheel.
• Leg het mengsel op een stuk huishoudfolie en vorm tot een mooi rond kaasje.
• Leg op het kaasje wat blaadjes van de esdoorn (de blaadjes van tevoren even kort koken en droog deppen).
• Vouw vervolgens het folie goed strak om het kaasje heen en laat het kaasje minimaal 4 uur opstijven in de koelkast.
• Serveer de kaas met wat geroosterde hazelnoten, de bloemetjes en een heerlijk toastje. Geniet ervan!

Het bloeiseizoen ligt alweer een tijdje achter ons en het nieuwe laat nog heel eventjes op zich wachten. Gelukkig kan je bloemen goed drogen en kan je het hele jaar van bloemen genieten…. Wat is leuker dan je eigen badzout met gedroogde bloemen te maken of om als cadeautje weg te geven?!

Voor het badzout gebruik ik Keltisch zeezout. Dit zeezout ontstaat door zonlicht en zeewater. Het wordt niet machinaal gedroogd of bewerkt. Hierdoor blijft het licht vochtig en heeft het een licht grijze kleur. Het komt uit Bretagne aan de kust vlakbij de zoutmoerassen op een bodem van klei aangelegd door de Kelten. Vandaar de naam Keltisch zout. Het is dus 100% natuurlijk zeezout, ongeraffineerd en zonder toevoegingen. Het zit vol mineralen in zijn puurste vorm. Je eigen welness aan huis…  

Ingrediënten

• Een mooie lege fles (formaat jampot)
• 200-250 gram Keltisch zeezout (afhankelijk van de grootte van de fles)
• Etherische olie (20 druppels van bijvoorbeeld lavendel)
• 5 eetlepels gedroogde bloemen (denk bijvoorbeeld aan rozenblaadjes,
• lavendel, goudsbloemen, korenbloem)

En zo maak je het

• Reinig de fles. Een nieuwe fles kun je schoonmaken met warm water.
• Een gebruikte fles maak je schoon met een sopje van warm water en soda. Laat de fles goed drogen.
• Trek de bloemetjes van hun steeltje en de bloemblaadjes van de knop.
• Breng het zout, de gedroogde bloemetjes en de druppeltjes olie samen in de fles.
• Roer dit mengsel voorzichtig om met een houten spatel of lepel  zodat je de bloemetjes niet teveel beschadigt.
• De hoeveelheid zout die je in bad moet gebruiken, hangt een beetje af van je wensen en behoeftes, en is tussen de 50-75 gram.
• Gebruik bij voorkeur herbruikbare katoenen theezakjes die je dicht kan knopen. Of je moet het natuurlijk juist plezierig vinden om tussen de bloemetjes te baden
• Geniet ervan!

Herfst of winter saai? Juist niet! Hoe mooi zijn de kleuren in het bos in deze maanden. Ook met koken kan je juist in deze maanden heerlijk met kleur uitleven. Denk natuurlijk aan rode kool, de rode, gele en de roze-witte chioggia biet, maar ook de veelkleurige worteltjes tegenwoordig. De paarsblauwe bloemetjes van de Salvia Amistad lenen zich zó prachtig als eetbare topping bij deze soep! Deze plant bloeit zeker tot aan de eerste vorst. Als je hem wat meer beschut hebt staan, kan je de eetbare bloemetjes nog lang oogsten.

Ingrediënten soep

Een halve fijngesneden rode kool, 2 geschilde appels (Elstar), 1 ui, 2 teentjes knoflook, 1 liter groentebouillon, balsamico azijn, olijfolie om in te bakken, peper en zout, wat verse kruiden (bijvoorbeeld oregano) en eetbare bloemetjes.

Voor de croutons

6 sneetjes brood, 2 teentjes knoflook, gedroogde kruiden (chilivlokken, tijm, rozemarijn en oregano) en zeezout.

En zo maak je het

• Snijd de sneetjes brood in blokjes. Doe de blokjes in een grote kom, schenk hier een flinke scheut olijfolie over en pers hier de knoflook boven uit. Strooi er een halve theelepel zeezout en een halve eetlepel kruiden over. Meng alles goed door elkaar.
• Bak de broodblokjes in een grote koekenpan in ca. 5 minuten goudbruin. Houd tot gebruik even apart.
• Snijd de ui fijn en fruit deze met de teentjes knoflook even aan in een ruime soeppan. Voeg dan de fijngesneden rode kool toe en laat dit met het deksel op de pan in ca. 10 minuten slinken.
• Voeg dan de appel in schijfjes toe, een flinke scheut balsamico azijn, de bouillon en laat alles samen nog eens ca. 15 minuten koken. De balsamico azijn geeft een verfijnde smaak aan de soep en zorgt het zuurtje van de azijn ervoor dat je de mooie, diepe kleur van de rode kool behoudt.
• Pureer de soep met een staafmixer en breng op smaak met peper en zout.
• Schep de soep in de kommen en garneer met de knoflook croutons, wat verse kruiden en de eetbare bloemetjes. Eet smakelijk!  

Wat een feestje om eetbare bloemen als decoratie en zelfs als onderdeel van een gerecht te kunnen gebruiken. Maar wat denk je van de bladeren van de eetbare bloemen en/of kruiden…? Een heel leuk en smakelijk idee om ze te verwerken in een kruidenpasta en te serveren met een mooie olie. Het lijkt moeilijker dan het is, maar gewoon doen! Misschien wel handig en gezellig om het met z’n tweeën maken; de één draait het deeg en de ander pakt het uitgerolde deeg aan…

Ingrediënten

 25 eetbare verse blaadjes en/of kruiden (denk aan bladpeterselie,

(roomse) kervel, salie, Oost-Indische kers en bijvoorbeeld Achillea/

duizendblad), 200 gram bloem en 2 eieren (L)

En zo maak je het

Zorg dat de ingrediënten op kamertemperatuur zijn. Zeef de bloem en het zout direct boven de mengkom van de keukenmachine. Breek de eieren boven de kom, klop even los met een vork. Meng tot er een korrelig deeg ontstaat en leg dit op het werkblad. Kneed dit net zolang en stevig tot het een mooie, grote bal gaat vormen. Wikkel het in plasticfolie en zet voor 1 uur weg in de koelkast. Haal voorzichtig alvast een deegroller over de bladeren en/of kruiden om ze alvast iets meer plat te maken. Hiermee voorkom je dat de blaadjes straks door het deeg prikken.

Snijd het deeg in 3 stukken. Begin met het eerste stuk en bewaar de andere stukken even in plastic tot gebruik. Stel de pastamachine in op de breedste stand (1). Rol steeds één stuk deeg uit en vouw het in drie lagen. Herhaal dit viermaal om een kneedbaar geheel te krijgen.

Rol elk stuk deeg tweemaal door elke stand (tot de smalste instelling). Rol het deeg driemaal door de smalste stand. Dek de drie deegstukken volledig af in plasticfolie (ook aan de binnenkant) om uitdrogen te voorkomen.

Snijd één uitgerold stuk deeg (vel) diagonaal in repen van 7 cm en dek telkens alles goed af. Neem een reep pasta en leg op de helft een blaadje. Vouw de andere helft erover. Rol dit tweemaal door de machine op de één na smalste stand. Het deeg én kruidenblaadje zal hierdoor uitgerekt worden. Snijd de ruwe kanten bij. Herhaal dit met alle repen deeg.

Kook de pasta in delen met wat zout in 1 a 2 minuten. Lekker met vers gemalen peper, een mooie olijfolie en wat Parmezaanse kaas. Maar denk ook eens aan een kruidenolie met bijvoorbeeld basilicum en salie of in de herfst een mooie truffelolie… Geniet ervan!

Wat een dankbare groeier en bloeier is de Oost-Indische kers! De plant is zeer decoratief en bloeit vanaf mei-juni tot zeker oktober. Een prachtige kruidachtige plant waarvan zowel de bladeren, de bloemen als de zaden eetbaar zijn met een opvallend peperachtige smaak. Jolanda Leuven, foodstyliste en -fotograaf maakte er een nieuwe variatie op het broodje tomaat met mayonaise en peper van. “Dat is iets wat ik van jongs af aan al at. Met de Oost-Indische kers-bladeren en homemade plantaardige mayonaise wordt het een prachtig luxe en verantwoorde versie! Misschien zelfs restaurantwaardig…“

Ingrediënten

• een gesneden volkoren brood
• snacktomaatjes
• geroosterde zonnebloem-, pompoen- en pijnboompitten
• versgemalen peper
• een hand vol bladeren en een enkele bloem van de Oost-Indische kers
• 100 ml ONGEZOETE soyamelk
• 200 ml zonnebloemolie
• 1 eetlepel verse citroensap, 2 eetlepels wijnazijn
• 1 theelepel mosterdpoeder, ½ theelepel zout
• 1 eetlepel agavesiroop

En zo maak je het

De soyamelk (alleen de ONGEZOETE versie) op hoge snelheid mengen in een keukenmixer met het citroensap, de wijnazijn, het mosterdpoeder, het zout en de siroop. Als dit goed gemengd is, op een lagere snelheid 200 ml olie in een dunne straal toevoegen. Mixen tot een mooie, luchtige mayonaise ontstaat.

Alles is nu klaar om het broodje te beleggen met een laag groene bladeren van de Oost-Indische kers, de gehalveerde tomaatjes, wat mayonaise, geroosterde pitjes en iets versgemalen peper. Tot slot natuurlijk wat mooie bloemblaadjes!

Wil je een meer gele kleur mayonaise dan zou je iets kurkuma poeder toe kunnen voegen. Qua smaak, kruidig en zelfs wat mosterdachtig, maakt dit de mayonaise die zacht van smaak is, zelfs nog rijker. Je kan ook variëren met het gebruik van de soort olie. Als je maïsolie gebruikt, krijgt de mayonaise vanzelf een meer gele kleur. Met olijfolie krijg je weer een meer mediterrane smaak.

Geniet ervan!

Een ode aan de Hemerocallis, oftewel de daglelie. Een mooie bloeiende plant met bloemen die ook nog eens eetbaar zijn. “In China en Japan wordt de daglelie zelfs als voedselplant gekweekt, want het is één van de lekkerste eetbare bloemen”, zegt foodstylist en -fotograaf Jolanda Leuven. Zij maakte een smakelijk recept met noedels.

De vrij grote bloembladen of ‘bloemkelken’ van de daglelie smaken fris-zoet en hebben een verrassende wat peperige nasmaak.

Rauw aan een gerecht toevoegen is zeker een optie (wel even de meeldraden verwijderen), maar in dit wokgerecht heb ik de bloemen aan het einde heel kort even mee gewokt.

Ingrediënten (2 personen)

• 200 gram noedels
• 1 rode paprika
• 1 groene paprika
• 1 rode ui
• ½ Chinese kool
• Handje taugé
• 1 teentje knoflook
• 1 eetlepel wokolie
• 1 theelepel sambal
• 3 eetlepels ketjap
• Scheutje sojasaus
• 2 eetlepels cashewnoten (ongezouten)

En zo maak je het

Snijd van tevoren de paprika’s in kleine stukjes en de Chinese kool in repen. Zet ondertussen het water op voor de noedels. Laat de noedels in kokend water garen (volgens de verpakking).

Hak de ui en knoflook en fruit deze in de wokolie.  Bak vervolgens de paprika mee.

Voeg dan de Chinese kool en tot slot de taugé toe. Schenk er een scheutje sojasaus bij en breng het verder op smaak met wat sambal. Hak de cashewnoten grof en strooi dit als laatste over de noedels.

Plaats een verse bloem op het gerecht voordat je het opdient… Hoe mooi, lekker en leuk!

Lavendel geeft toch het ultieme zomer- en vakantiegevoel? Wie heeft er geen herinneringen aan die mooie paarsblauwe bloemenvelden tijdens een vakantie en ook de geur… Foodstylist en -fotograaf Jolanda Leuven bakte koekjes met onze lavendel.

“Om de brosse koekjes tijdens het bakken wat lavendelaroma te geven, heb ik een aantal lavendelbloemen 1 week lang in de suiker gedroogd. Deze lavendelsuiker heb ik bij dit recept gebruikt”, zegt Jolanda. “Dat is op zich niet nodig, want je kunt ook spontaan gaan bakken en dan heb ik twee smaaktrucs voor je.”

Twee trucs voor nog meer lavendelsmaak:

• Voeg bij de verwerking van het deeg wat losse bloemetjes toe
• Bewaar de koekjes in een koektrommel met wat lavendel

Ingrediënten

• 230 gram bloem
• 180 gram roomboter (kamertemperatuur)
• 100 gram fijne kristalsuiker
• 1 theelepel vanille-extract (probeer échte te vinden, gebruik liever geen vanille-aroma)
• Een handje vol geroosterde noten

En zo maak je het

Meng de bloem, de boter de suiker en het zout tot een deeg. Maak van het deeg 3 rollen van 4 centimeter doorsnede en verpak de rollen in plasticfolie. Laat dit 1 uur opstijven in de koelkast.

Verwarm de oven voor op 200 °C. Bekleed 2 bakplaten met bakpapier. Haal de rollen deeg uit de koelkast en snijd plakjes van ongeveer 1 centimeter dik. Leg maximaal 12 koekjes op een bakplaat met voldoende tussenruimte, want ze lopen wel iets uit. Gebruik de geroosterde noten om een aantal koekjes extra te decoreren.

Je bakt de koekjes in 2 rondes. Bak ze koekjes in 12 tot 15 minuten goudbruin. Laat ze even afkoelen op de bakplaat. En geniet!

“Inspiratie voor het maken van de ‘petitfour’ kreeg ik door de mooie fragiele en eetbare porseleinkleurige viooltjes”, zegt foodstylist en -fotograaf Jolanda Leuven die voor ons recepten bedenkt. “Hierbij moest ik gewoon denken aan meringues… Samen met wat bramenpuree en een eetbaar viooltje echt een heerlijke traktatie!” Nou, het water loopt ons in de mond, wat jij?

Ingrediënten

Bramenpuree
• 250 gram bramen (vers of bevroren)
• 100 gram geleisuiker

Meringues
• 3 eiwitten op kamertemperatuur
• 150 gram fijne tafelsuiker

En zo maak je dit recept:

1. Jam

Jolanda: “Voor het maken van de petitfour wilde ik een iets stevigere bramenpuree en maakte ik een jam. Als je dit zelf maakt, maak of neem een grotere hoeveelheid jam en verdubbel dan bovengenoemde ingrediënten. Voor deze meringue-petitfours heb je minder zoete jam nodig. Als je 250 gram fruit hebt, is 100 gram suiker voldoende. De jam is hierdoor wel iets minder lang houdbaar.”

Was de bramen en kook ze totdat het fruit uit elkaar valt. Haal dan de pan van het vuur, voeg de suiker toe en roer goed door. Laat vervolgens nog eens 3 tot 4 minuten koken. Doe dit mengsel in schoongemaakte potjes en zet ze op hun kop. Laat tot afkoelen voor gebruik.

2. Meringues

Verwarm de oven voor op 90 °C. Bekleed een bakplaat met bakpapier. Zorg ervoor dat de metalen kom en de garde, waarmee je de eiwitten gaat kloppen, beide goed vetvrij zijn.

Doe de eiwitten in de kom van de mixer en klop het eiwit 1 minuut op middelhoge snelheid. Verhoog de snelheid en klop door tot je stevige witte pieken ontstaan (zeker 5 minuten). Voeg al kloppend de fijne suiker toe, lepel per lepel. De suiker moet volledig opgenomen zijn en het schuim moet echt stijf staan.

Dit meringue-recept is voor een flink aantal kleine meringues. Afhankelijk van hoeveel meringues met bramen je wilt maken, spatel je er voorzichtig een paar eetlepels bramenpuree door de eiwitten heen. Niet teveel, want anders krijg je geen mooi effect! De rest van de bramenpuree gebruik je verder voor de smaak en garnering van de meringues.

Vul een spuitzak met het stijf geklopte eiwit. Spuit per keer een kleine spiraalvorm van buiten naar binnen. Heb je geen spuitinstrument, dan kun je ook met een lepel kleine wolkjes vormen.

Bak de meringues in maximaal 2 uur. Ze moeten natuurlijk droog zijn. Maar: let erop dat ze niet verkleuren. Laat de meringues volledig afkoelen voor je ze van het bakpapier neemt.

Serveer elke meringue met een klein beetje bramenpuree en een eetbaar viooltje.

Geniet ervan!

Foodphotographer Jolanda Leuven van Delicious Yo bedenkt en fotografeert prachtige recepten. Speciaal voor Tasty Blooms heeft ze deze oogstrelende voorjaarssoep met mais, specerijenmengsel dukkah en eetbare viooltjes bedacht. Het recept delen we graag.

Ingrediënten (voor 4 personen)      

• olijfolie
• 1 gesnipperde ui
• 2 geperste teentjes knoflook
• 10 gram gerapte verse gember
• 1 kleingesneden rode peper
• 300 gr maiskorrels
• 500 ml kokosmelk
• 500 ml groentebouillon
• eetbare viooltjes met wat jong bladgroen

Dukkah (noten/specerijenmengsel)

• 100 gram noten (naar keuze hazelnoten, amandelen en/of pistachenoten)
• 2 eetlepels sesamzaad
• 1 eetlepel komijnzaad
• 1 eetlepel korianderzaad
• 1 eetlepel venkelzaad
• versgemalen peper en zout

Zo maak je deze voorjaarssoep

Fruit de ui en knoflook aan in wat olijfolie. Roerbak dan de gember en peper kort mee. Voeg dan de bouillon, kokosmelk en maiskorrels toe. Laat dit ongeveer 5 minuutjes zachtjes koken. Pureer de soep vervolgens met een staafmixer.

Rooster eerst de noten. Voeg dan de zaden toe en rooster deze heel kort mee. Doe dit alles dan in een vijzel en maal fijn.

Giet de soep in de kommen. Strooi iets van de dukkah in de ronding van de kom en voeg tot slot wat eetbare bloemetjes met wat jong bladgroen toe. Op deze manier een heerlijke voorjaarssoep!

PS De dukkah die over is, kun je goed bewaren in een afgesloten pot. Lekker als dip, maar ook lekker over een ei of avocado.